Frans J.P.M. Kwaad
Naar: Haiku
Sketch Book, Part 1
De
herinnering
The
memory
sings along,
zingt zachtjes mee, steeds als
ik
when
I
hear
Jo Stafford
hoor.
Jo
Stafford
sing.
Ilse's 'World of
hurt',
Ilse's
'World
of hurt',
Manuela van Jacques
Herb;
Manuela
by
Jacques Herb;
wat knap ik dáár van
op.
songs
that
make you cry.
Leven in de
stad,
City
life
--
de gitarist speelt niet
voor
the
guitar
picker doesn't play
hen die
doorlopen.
for
those
passing by.
Twaalf-maten-schema;
A
twelve
bar chord-scheme;
'shuffle feel' in toonsoort
A,
shuffle
feel
in A,
kippenvel, de
blues.
the
blues.
De bluesgitarist
--
The
blues
player --
zijn vingers spreken
waarheid,
his
fingers
speak the truth,
diep vanuit het
hart.
deep
from
the heart.
Inspiratie
stroomt;
Inspiration
flows;
de schilder leidt zijn
penseel
the
painter's
hand controls
over het
linnen.
the
moving
brush.
De
kunstschilder
The
artist
smeert verf op het
doek,
smears
paint
on canvas,
zonder
nadenken.
without
thinking.
Druipende
verf,
Dripping
paint,
haastige
penseelstreken:
hurried
strokes
of brush:
zonder
titel.
untitled.
De laatste
verfstreek;
The
final
touch;
een paar stappen
achteruit,
a
few
steps back,
een tevreden
zucht.
satisfied.
Verdwijnpunt;
Vanishing
point;
aardappelruggen
wentelen
potato
ridges
pivot
in het
voorbijgaan.
in
passing.
Het schaapje in het gras
ligt vanmorgen net als gister;
het is van steen.
Stratenmakers --
in iedere klop hoor ik,
wat ik worden wou.
Een heldere Novemberdag;
het scherpe zonlicht
verwarmt me niet.
November --
mijn verjaardag deze maand,
het is herfst.
December --
ons eerste kleinkind komt,
een nieuw begin!
Het natte asfalt;
de bleekblauwe worm strekt zich,
een auto nadert.
Zonder plan
kruipt de slak over de tegel,
niet zonder doel.
Zaterdagmorgen;
de katernen puilen uit
de brievenbus.
Een vlek op het raam;
de merel ligt dood in het gras,
zijn vrouwtje kijkt mij aan.
Het wordt donker,
ze steekt de kaarsjes aan;
we wachten.
De eerste foto,
hun blikken, hún kindje;
ik kijk en kijk.
In mijn
armen
In
my
arms,
slaapt ze
rustig,
she
sleeps
so quietly,
kind van mijn
kind.
child
of
my child.
Wat ik wil zeggen,
kun je niet opzoeken
in woordenboeken.
Winter in de polder --
het gevoel om buiten
toch binnen te zijn.
Winter in Holland;
sneeuw op het IJsselmeer,
witte vlekken op grauw ijs
De Gouwzee;
meeuwen in gelid
op dooiend ijs
Volendam;
een 'ticker tape parade'
van zware vlokken
De bui trekt weg;
het IJsselmeer een spiegel
voor de zon
Paarsgrijs de lucht
ter linker-, lichtblauw
ter rechterzij
Op klaarlichte
dag
In
broad
daylight
werpt de boom zijn
schaduw
the
tree
casts its shadow
op het
huis.
on
the
house.
Langs de
weg
Along
the
road
houden de
telegraafpalen
the
telegraph
poles
elkaar in
evenwicht.
support
each
other.
Een kat loopt
langs;
A
cat
goes by,
maar ook
die
and
also
the one
van vroeger
thuis.
we
had
at home.
In de
kast
In
the
closet,
een oude
trui;
the
old
sweater;
waarom?
why
keep
it?
Opa vertelt:
op een avond ging de bel,
het was na spertijd.
Ze kleedt de baby aan,
legt hem in de kinderwagen
en wandelt wat met hem.
Bij de tandarts --
nietsziend sla ik de bladzij om
met bloot.
In de gang --
Opa's oude caféklok
loopt steeds achter.
Het lege schoolplein --
een laatkomer
belt aan.
De lange winternacht --
geen geluid van buiten,
de tijd kruipt.